Repertorium Patriotten, Oranjegezinden en Bataven. Politieke Sociabiliteit 1781-1798

Het repertorium Patriotten, Oranjegezinden en Bataven. Politieke Sociabiliteit 1781-1798 omvat een database met 1104 politiek-maatschappelijke organisaties en bewegingen, met name patriotse, orangistische en Bataafse heren- en burgersociëteiten, schutterijen en gilden in het tijdvak 1781-1798 in Holland. In de historiografie wordt deze periode in de regel achtereenvolgens aangeduid als de Patriottentijd (1781-1787), de Oranje-Restauratie (1787-1795), en de eerste drie jaren van de Bataafse Republiek (1795-1798), tot de staatsgreep van 1798. In deze fase zetten de Noordelijke Nederlanden stappen naar een nieuwe politieke cultuur, met nieuwe vormen van democratische participatie. Juist in deze decennia ontstond een groot aantal organisaties van uiteenlopende aard, zowel in de politieke als in de maatschappelijke sfeer.

De database is gebaseerd op een grote hoeveelheid bronnen, variërend van archivalia en contemporaine kranten tot secundaire literatuur. Zij beperkt zich tot het grondgebied van het toenmalige gewest Holland. Deze provincie was tijdens de Republiek der Verenigde Nederlanden tot aan de nieuwe departementale indeling van de Bataafse Republiek van maart 1799 veel groter dan het huidige Noord- en Zuid-Holland. Zij omvatte ook delen van aangrenzende provincies, onder meer de Langstraat in het huidige Noord-Brabant. Er is naar gestreefd om alle Hollandse politiek-maatschappelijke organisaties en bewegingen die tussen 1781 en 1798 politiek actief waren in deze database onder te brengen. Ook ‘politiek-neutrale’ instituties als schutterijen en gilden zijn opgenomen, indien zij zich expliciet als patriots of orangistisch gingen afficheren, of als zij onder druk van de nieuwe (provinciale) politiek ontstonden.

De database is bedoeld voor onderzoekers met belangstelling voor de Patriottentijd, de Oranje-Restauratie en de Bataafse Republiek, voor de geschiedenis van de Nederlandse ‘civil society’ en de bredere politieke, culturele en sociale geschiedenis. Ook zijn de gegevens van belang voor lokaal-historisch onderzoek.

Dit project maakte deel uit van een onderzoeksprogramma met de titel Verenigingsleven in Nederland in de negentiende eeuw van het Instituut voor Nederlandse Geschiedenis, een voorloper van het Huygens Instituut. Hans Smit leidde dit programma, in die positie opgevolgd door Milja van Tielhof. Van 2007 tot 2018 heeft Joke Roelevink aan dit project gewerkt, daarin op digitaal gebied geadviseerd door Rik Hoekstra. Door haar overlijden heeft zij het werk helaas niet meer kunnen voltooien. Marjolein ’t Hart heeft de beschikbare gegevens gecontroleerd, aangevuld en met behulp van Ger Dijkstra en Rik Hoekstra toegankelijk gemaakt voor deze digitale publicatie.